Drops
Droplets
Scripts
Languages
Blog
Kahoot!
Business
Gift Drops
Home
/
American English to Dutch
/
Roommates
Words for Roommates in Dutch
Learn the most common words for Roommates in Dutch. Click on a word for more information and translations.
American English
Dutch
landlord
de huisbaas
apartment
de flat
roommates
de huisgenoten
shared apartment
het gedeelde appartement
quiet
rustig
noisy
luidruchtig
we share the chores
we verdelen het huishouden
we share the costs
we delen de kosten
piggy bank
het spaarvarken
rent
de huur
I lend
ik leen uit
I borrow
ik leen
I knock
ik klop
do not disturb
niet storen
we agree
we zijn het eens
we disagree
we zijn het niet eens
group chat
de groepchat
we go out together
we gaan samen uit
Related topics
My Family
Celebrating Pride
Love Who You Love
Gender & Pronouns